Deining in Dönsdorf

[Ruud K]

Eens afwachten of Pollock de problemen met die pomp wél kan verhelpen .

Groet,
Ruud

[gvandersel]

Start de trein maar vast op. Ze schijnen samen alles op te kunnen lossen.
Hoe is het met de 78 246. Die staat er ook ergens met ketel problemen?

Groet,

Gerard van der Sel.

[Basilicum]

_{Deining in Dönsdorf   –   Deel 153}


Pruis met problemen – 4

Ernst Pollock en Heinz Koch staan naast de 78 434 en overleggen hoe ze samen het probleem van de slecht functionerende pomp kunnen oplossen. Ernst probeert nog een beetje zijn draai te vinden in dit Bw, want normaal werkt hij samen met zijn broer die in Lümmeln is achtergebleven.
‘Het lijkt mij het beste,’ zegt Heinz peinzend, ‘als we de pomp er weer afhalen en hem van alle kanten onderzoeken.’
‘Veel werk, maar als al van alles is geprobeerd, is dat misschien wel het beste,’ vindt Ernst. Ze halen gereedschap uit de kast en de loopkat wordt naar de werkplek gedirigeerd.


284   Nog een Pruis met problemen.

Twee standen verderop in de ringloods staat nog een T18. Het is 78 246 van Bw Essen, die hier is gestrand met een storing aan de oververhitter en een loszittend wasluik. Deze problemen blijken vrij onschuldig te zijn. Na een paar uurtjes kan de loc weer de baan op.


285   Uit de loods.

Tegen half een trekt de Hofhund de 246 uit de loods en de draaischijf op, zodat deze buiten weer opgestookt kan worden. Frank Hebehoch kijkt de machinist van de Köf vragend aan vanuit zijn hok op de schijf. ‘Waar moet-ie heen, Kraus?’
‘Daar links tussen die olieslurper en de zandoven. Spur 12.’
‘Dat is niet spoor 12, maar 531.’
‘Quatsch! Heb jij ooit een draaischijf gezien met 518 aansluitingen?’
‘531.’
‘Wat jij wil.’
‘Het is maar een spoornummer en geeft dus niet een aantal aan.’
‘De ringloods heeft sporen 1 tot en met 9, dus drie sporen verder is spoor 12. Lijkt mij logisch.’
‘Sinds wanneer is bij de Bundesbahn iets logisch?’
Daarover moet Kraus even nadenken. ‘Tja, daar heb je een punt, Frank. Draai dan maar naar spoor 542.’
‘531. Jawohl.’
De draaischijf wordt ontgrendeld en de electromotor begint te snorren naar het gevraagde spoor. Na de vergrendeling klinkt uit de zoemer: Mwèèh!


286   Hofhund in zijn element.

De Hofhund duwt de stoomloc het opstelspoor op. Een stoker koppelt af en klimt even later op de stoomloc om naar het vuur en waterstand te kijken. Hij harkt door het vuur, gooit verse steenkool in de vuurkist en kijkt naar het peilglas. De waterstand is nog in orde. De Köf rijdt intussen naar de bekoling om daar lege kolenwagens op te halen.


287   De ketel komt langzaam onder druk.

In de loods zijn Koch en Pollock nog druk bezig met de defecte pomp, waarvan steeds meer onderdelen worden verwijderd. ‘Ah! Kuck mal hier!’ roept Ernst opeens uit.


Met vriendelijke groet,
Bas

[Ruud K]

Smullen van verhaal én foto's

Groet,
Ruud

[Basilicum]

Dank je, Ruud.

Groet,
Bas

[gvandersel]

Bas,

Weer een leuke aanvulling. Ik zie een bekende van mij  .
Zal mij benieuwen hoe het met de 78 434 verder gaat.

Groet,

Gerard van der Sel.

[tuurtje]

Und jetzt ist es feierabend.



m.fr.gr

Arthur

[ex44]

Ah! De bierpomp doet 't! 

[Klapwijkbaan]

Erg mooie foto's weer 

Groet, Bas

[Basilicum]

_{Deining in Dönsdorf   –   Deel 154}


Pruis met problemen – 5

‘Heb je wat gevonden?’ vraagt Heinz Koch aan Ernst Pollock.
‘Die pakking zit verkeerd.’
‘Oh?’ Heinz kijkt in de pomp. ’Inderdaad.’
Ernst haalt alles los en heeft even later de pakking in zijn hand. ‘Het is ook de verkeerde.’
‘Hoe kan dat nou? Sinds die pomp terug is uit het Ausbesserungswerk, is-ie niet meer uit elkaar geweest. Ze zouden toch niet…?’ Dan komt Heinz op een gedachte. ‘Is het typenummer nog leesbaar?’
Ernst draait de pakking een paar keer en noemt een nummer.
‘Onze magazijnmeester is zo ’n pietje-precies, die alles noteert wat zijn magazijn verlaat. Ik za hem eens vragen welke pakking ik van hem gekregen heb, toen ik alle pakkingen van deze pomp wilde vervangen. Zoek jij even de juiste pakking op? Daar in de kast staat de map.’
Ernst bladert de map door. ‘Kijk, deze moeten we hebben.’ Hij schrijft het nummer op een papiertje.
‘Oké. Kom mee, dan gaan we eens informeren bij Wulf.’


288   Koch en Pollock lopen naar het magazijn.

Focke Wulf zit achter het bureau in zijn magazijn als de twee mannen binnenkomen en een pakking op tafel leggen. ’Zeg Focke,’ begint Heinz, ‘weet jij nog welke pakkingen je me gegeven hebt voor die T18?’
De magazijnmeester slaat een paar bladzijden van zijn grote boek om. ‘Voor die pomp, hè? Wanneer was dat precies?’
‘Tja…, dat is al weer weken geleden.’
‘Oh hier. Ik heb het al. Kijk, hier staan de nummers. Is er een probleem?’
‘Deze blijkt niet de juiste te zijn.’
‘Dan had je naar het goede nummer moeten vragen.’
‘Of jij hebt de verkeerde geleverd.’
‘Dat lijkt me sterk. Ik controleer altijd alles dubbel.’
‘Maakt ook niet uit, als ik nu maar wel de juiste krijg.’
‘Wat is het nummer?’
Ernst geeft heb de notitie. ‘Deze is het.’
Wulf sloft naar achteren, schuift een paar dozen opzij en maakt een andere open. Er komt een in papier gevouwen pakking tevoorschijn. De magazijnmeester vergelijkt het nummer met die van het papiertje van Ernst. Dan worden de dozen weer netjes teruggezet en loopt Wulf weer naar zijn bureau. ‘Deze moet het zijn.’
Ernst pakt de pakking uit. ‘Ja, die lijkt er meer op.’
Focke raadpleegt zijn administratie. ‘Dan heb je de vorige keer de toch de verkeerde gevraagd, Heinz. Kijk maar.’
‘Dat zal wel, maar weet je wat ik nou zo raar vind? Deze pomp is pas in het Aw helemaal nagekeken en nu zit er weer een verkeerde pakking in.’
‘Misschien hebben ze daar domweg de oude pakkingen vervangen door nieuwe en de oude als voorbeeld gebruikt,’ oppert Ernst.
‘Of alleen alles gereinigd en weer in elkaar gezet,’ brengt Focke in, ‘zonder verder uit te zoeken wat nou eigenlijk het mankement veroorzaakte.’
‘Sjongejonge,’ moppert Heinz. ‘Nou ja… Geef ons deze maar mee.’
Focke noteert wat gegevens in zijn boek. ‘Veel plezier ermee.’

Als Ernst en Heinz een uur of twee later de pomp weer aan de 434 schroeven, staat Lokführer Müller in de Lokleitung te praten.
’Er is een nieuwe stoker voor je,’ vertelt Kottner jr, ‘want Peters is nog steeds in Lümmeln, zoals je weet.’
‘Is dat definitief?’
‘Dat weet ik niet, maar ga daar voorlopig maar vanuit.’
‘Jammer. Het is een goede collega. Wie krijg ik mee?’
‘Neumann. Die ken je toch wel?’
‘Ja, maar nog niet met hem samengewerkt. Waar is hij nu?’
Voetstappen klinken in de gang en Neumann komt binnen. ‘Tag!’
‘Hallo, Neumann. Je werkt de komende tijd samen met Müller.’
De stoker kijkt de machinist aan. ‘Das ist zum ersten Mal, oder?’
‘Ja, maar daar komen wij wel uit. Dus eerst met die T18 naar Hof, junior?’
‘Jawohl. Hier zijn de sleutels en papieren. 78 246.’
‘Danke.’ De mannen gaan naar buiten.


289   78 246 rolt naar het station.

Een half uur later rijdt de 78 naar het Hauptbahnhof, waar de trein naar Hof al staat te wachten. De remproef wordt uitgevoerd en het Bremszettel ingevuld. Precies om negen minuten voor half vijf vertrekt de trein. De route loopt via Schwarzburg en Holzburg.


290   Ab nach Hof.


Met vriendelijke groet,
Bas

[Basilicum]

_{Deining in Dönsdorf   –   Deel 155}


Kort ritje – 1

Vanuit Bw Bebra komen regelmatig de 10 001 en 002 met een D-Zug naar Dönsdorf. Hier wordt de loc vervangen door een V200 en keert dan met de tegentrein terug. Door de grote asdruk van tweeëntwintig ton is de zwarte zwaan niet overal inzetbaar, dus zijn locwisselingen regelmatig nodig. Gisteravond laat kwam 10 001 hier aan en zal straks weer terugkeren met personeel van Bw Dönsdorf. De loc staat met aangevulde voorraden onder de bokkraan te wachten op de nieuwe inzet. Deze locserie heeft nog last van kinderziektes, die maar niet willen genezen. Hierdoor is het personeel nog niet erg tevreden met deze machines. Toch is men er ook trots op; ze zien er zo vooruitstrevend uit.


291   10 001 onder de bokkraan.

Bij de Lokleitung gaat de deur open; Heizer Erich Watke komt naar buiten om de 10 alvast te inspecteren. Zijn vriend en Lokführer Hans Dalchow is nog binnen en neemt de LA-Stellen door. Watke klimt op de loc, zet zijn tas neer en kijkt naar de peilglazen. De waterstand ziet er goed uit. Ook een blik in de vuurkist levert geen problemen op. Hij draait zich om en haalt een hamer uit zijn tas. Daarmee gewapend maakt hij een rondje om de loc. Als hij bijna klaar is, komt Dalchow ook naar buiten. ‘En?’ vraagt hij. ‘Nog wat gevonden?’
‘Nee, alles in orde tot nu toe.’
‘Mooi zo, want de vorige keer hebben we al genoeg problemen gehad met deze machine.’ Dalchow gaat het machinistenhuis binnen en stopt zijn tas in een kastje. Dan noteert hij het een en ander in zijn notitieboekje. Later kunnen deze aantekeningen veel informatie geven aan spoorweghistorici en -geïnteresseerden. Lees dit boek er maar eens op na.


292   Watke controleert onderdelen.

De mannen controleren nog het een en ander en Watke vult voor de zekerheid de oliekan bij in het Öllager. Dan wordt het tijd om de draaischijf op te rijden. Dalchow geeft een korte stoot op de fluit en laat de loc langzaam in beweging komen. De draaischijf ligt al klaar. De rails kraakt als de dame door de bocht rijdt. Als de eerste voorloopas de draaischijf oprolt, klinkt er opeens een onheilspellend geluid.


293   K N A L !!


Met vriendelijke groet,
Bas

[Ruud K]

Asdrukprobleempje?

Groet,
Ruud

[jakop]

Weer een slapeloze nacht 

[nero]

zie t al
stoom kast pakking weg
geen tssss pf
tssssss pf meer

[Leen Stolk]

Laat ik het nog maar eens een keer zeggen..... Heerlijk omdit te volgen

Groeten Leen.