Zoals ik al aangaf ben ik ook op andere gebieden met elektronica bezig (meet & regel, audio). De beide 30 volt trafo’s bleven na een project over en ik vond het zonde om ze zo samen met de kunststof behuizingen op de plank te laten liggen.
Voor wat betreft de step-down unit heb je gelijk als het volledige vermogen continu afgenomen wordt. Bij de maximale stroom wordt in de 2N3055 eindtransistor 63 Watt gedissipeerd. Dit komt in mijn geval zelden voor.
Of de schakelende voedingen ontstoord zijn weet ik nog niet. Storing op de middengolf - de meest makkelijke indicatie – heb ik nog niet uitgetest. Zoals aangegeven wil ik mijn oude, vertrouwde Tek 465 oscilloscoop er eens aanhangen om te zien wat er uit de schakeling komt. Overigens zitten er wel degelijk ontstoringsomponenten op de print.
Voor de keuze van de verbindingsbussen wilde ik zo compact mogelijk (en goedkoop) werken. Vandaar dat deze bussen geen beschermingsvoorzieningen hebben en nauwelijks uitsteken. Voor mijn doel zijn ze echter goed toepasbaar. En als op de ‘contactpennen’ tussen beide modules nog een dunne, kunststof ring geschoven wordt is er van enige sluiting geen sprake.
Ben zelf geen voorstander van 230V en laagspanning zo makkelijk intern te mengen. Zeker niet als het een stekker betreft waar zo makkelijk een los draadje bij in kan schieten.
In mijn audio activiteiten is het door elkaar laten lopen van 230Vac netkabels met laagspannings- en signaalverbindingen zo ongeveer een doodzonde. Het effect daarvan hoor je overigens direct...
De professionele 230Vac stekerverbinding is van AMP en uitermate betrouwbaar. Alle verbindingen hebben trekontlasting en zijn tegen aanraking afgeschermd.
Ik zie soms zelfgebouwde apparatuur die de wenkbrauwen doet fronsen.
Alhoewel de schakelende voedingsprintjes 'short circuit protected' zijn worden alle in- en uitgangen extra afgezekerd. Iedereen kan tenslotte een foutje maken nietwaar? En 'short circuit' is niet identiek met 'continuous overload', iets wat ook vaak vergeten wordt.