Locs die uit Duitsland terugkwamen hadden daar tijdens de oorlog het nodige meegemaakt en zullen daar na de oorlog niet echt goed verzorgd zijn. Het lijkt mij een veilige aanname dat ze bij terugkeer in Nederland meestal niet dienstvaardig waren. Als dat wel het geval was, lijkt mij dat ze in die tijd van schaarste nog een tijdje werden gebruikt. Als ze inderdaad niet dienstvaardig waren, moest worden beoordeeld of herstel lonend zou zijn. Voor een oude niet zo sterke loc als de 1300II was herstel dan te veel moeite.
Wat betreft de voorste loc, ik denk ook dat het een 1300 is. De tender-opbouw hoeft niet specifiek van de oorlog te zijn. Op pagina 180 van "De Nederlandse Stoomlocomotieven" staat onderaan een foto van een onbekende nog niet omgenummerde 1300 (ook met grote voorwarmer op de loc-omloop) met zo'n zelfde tender-opbouw. Hoewel de foto niet gedateerd is en op de bufferbalk nog een 17 te zien is (de rest zit achter een buffer), oogt hij als vooroorlogs met al het koper nog aanwezig en geen verduisteringsmaatregelen.Welke 1300 is lastig. Overigens zijn er volgens het genoemde boek maar drie daadwerkelijk niet teruggekeerd: 1383 (Rostock) en de 1390+1409 (Pasewalk, waar ook de 6105 stond). Uit de rest van het verhaal kan ik niet opmaken dat er meer machines daar gebleven zijn en terplekke gesloopt.