Een afstand die in model wel te realiseren valt is dat het sein bij voorkeur tussen de 9 tot 15 m voor de isolatielas staat (de las bevindt zich dus 9 tot 15 m na het sein), aangezien deze las voor de wisseltongen moet liggen, komt het sein ongeveer 10 cm voor de wisseltongen te staan.
Welke bouw van welke brug?
normaal moet een minimum van 9 m worden aangehouden; hierdoor wordt voorkomen, dat de machinist het sein in de stand stop terug ziet komen. Om spoorlengte te winnen of vanwege de constructie van de bovenbouw, mag de afrijdlas worden teruggebracht tot aan de plaats van het sein;
Plaatsing ten opzichte van beweegbare brug zonder doorgaande bovenleidingSeinen mogen niet worden geplaatst in het gebied tussen 300 m vóór het uitschakelbord (sein 306 SR) en het daarop volgende inschakelbord (sein 307 SR). Indien bogen en/of hellingen in dit gebied voorkomen, geldt een afstand van ten minste 500 m vóór het uitschakelbord.
Eventjes voor de duidelijkheid, het sein voor de brug zou in vele gevallen voorafgaanaan een voorsein omdat je anders nooit op groen zou kunnen vertrekkenwanneer de brug geopend is, als de lengte het niet toelaat kan je het laten vervallen.
Het plaatsen van een voorsein heeft wel zo zijn redenen:Omdat een brug over het algemeen hoger ligt dan het baanvak en je dandus met de trein, tegen de bult op voor de brug staat en dat wil je niet i.v.m hetweer weg kunnen komen bij bijvoorbeeld gladde sporen.
Ga je de brug zonder bovenleiding uitvoeren?Zo ja dan wordt het wat complexer: Je hebt namelijk bruggen zonder bovenleiding waarbij je de stroomafnemer niet hoeft te laten zakken en bruggen waarbij dat wel moet.
Je zou de beide overslagsporen kunnen voorzien van één laag seintje, alleen dan moeten de toeleidende seinen vanuit Toekomst geel-knipper tonen voor die sporen, omdat je dan een niet centraal bediend gebied inrijdt.