8.2.1 De uitgangsspanning instellenDe gestabiliseerde spanning wordt rechtstreeks voor de baan gebruikt. De uitgangsspanning moetper schaal ingesteld worden. Daartoe bevindt zich aan de voorkant van de netadapter een kleine,ronde opening waarin u met een schroevendraaier de spanning kunt instellen.volledig naar links: ca. 14.5 Vvolledig naar rechts: ca. 21,5 VAfhankelijk van de schaal raden wij volgende waarden aan:• spoor N 15-16 V• spoor HO tweeleider (DCC) 16-18 V• spoor HO drieleider: 18-20V• Spoor 1 : 18-21 V• spoor G : 20-21 V