BeneluxSpoor.net forum
Wat zijn we aan het bouwen? => Baanplannen => Topic gestart door: hutski1 op 28 October 2011, 22:47:04
-
Ik ben met mijn baanontwerp bezig.
Heb een baan getekend, die als bijlage is bijgevoegd.
Het station bestaat uit de volgende sporen: 1 t/m 3 vanuit kant B in te rijden,
spoor 5 t/m 7 vanuit kant C in te rijden.
Spoor 4 wil ik graag vanuit beide kanten gebruiken.
Ik loop dan tegen het probleem aan dat de rijrichting niet juist is.
https://images.beneluxspoor.net/bnls/baanplan_50.jpg
De sporen heb ik genummerd.
Ik maak gebruik van Twincenter en gebruik van de computer.
Hoor graag hoe ik dit moet oplossen.
Johan Hut
-
..."ERROR 404 URL not found"... komt als ik op jouw link klick ...
groetjes,
Marinus
-
baanplan tekening invoegen lukt niet echt, nogmaals proberen.
(https://images.beneluxspoor.net/bnls/baanplan_52.jpg) (https://images.beneluxspoor.net/bnls/baanplan_52.jpg)
Johan
-
'blns' in de link in de eerste post moet 'bnls' zijn, dan werkt 't wel...
-
Is er niemand die mij kan helpen????
johan
-
Midden in de nacht niet blijkbaar.... je hebt de vraag immers pas gisteravond laat gesteld. Bovendien zit 'iedereen' op Eurospoor.
Ik zou best willen helpen, maar ik snap eigenlijk niet wat je precies wilt weten...
-
Joham,
Je benadert het probleem denk ik van de verkeerde kant. Je laat de rijrichting de polariteit bepalen. Zo komt het dat je station in twee delen een andere polariteit heeft. Je moet je baan zien als een station met aan beide einden een dubbelsporige keerlus. Als je dan je station op 1 manier van spanning voorziet en je lussen voorziet van keerlusmodules verplaats je de problemen naar daar waar je ze zonder problemen kunt oplossen, namelijk in de keerlussen. Er zijn een aantal elektronische keerlus oplossingen die prima hiervoor werken.
succes
dirkjan
-
Reinier je hebt gelijk, ik ben wel erg ongeduldig.
Wat ik bedoel is dat ik stationsspoor 4 van beide zijde in kan rijden of van traject 11 of traject 9.
Het vertrek vanaf spoor 4, wanneer ik gekomen ben van traject 11, loopt via de wissel naar traject 10.
Wanneer er een trein vanaf traject 11 binnenloopt naar de sporen 4 t/m 7 moet het binnenrijden van traject 9 gewoon door kunnen gaan.
Het vertrek vanaf spoor 1 t/m 3 naar 11 via de wissel tussen traject 8 gebeurd over een stukje dat gebruikt wordt door het binnelopen vanuit 11.
Vroeger poolde je om, maar nu met digitaal niet.
Hoop het te hebben verduidelijkt.
Johan
-
Het zal wel aan mij liggen, maar ik zie in het ontwerp geen enkele keerlus!
Gerrit
-
Als ik het goed zie is jouw ontwerp eigenlijk een opgevouwen hondebot. Je hebt een station, waar je aan beide kanten een lus aan hebt gemaakt, en die beide lussen heb je omgevouwen over het station heen.
Voor het gemak moet je zo'n station, met wissels die sporen elektrisch aan elkaar verbinden, bezien als sporen die allemaal dezelfde polariteit (of, zoals jij het hebt getekend: rijrichting) hebben. Waar je dan uit dat station wegrijdt, het spoor volgt, en weer andersom in het station terugkeert ("tegen de rijrichting / polariteit in"), heb je een kortsluiting of keerlus situatie te pakken.
Dus dat heb je goed gezien. In jouw sporenplant zitten er vier! Je hebt immers dubbelsporige lussen...
Deze situatie is goed met keerlusmodules op te lossen. Bij een ongewijzigd spoorplan heb je er echter wel vier nodig denk ik.
Gerard
-
Een alternatief voor je baanplan zou kunnen zijn dat je er een dubbelsporige 8 figuur van maakt.
Je laat dan aan de linkerkant een dubbelspoor vertrekken die afbuigt naar boven, een ovaaltje maakt en aan de rechterkant het station weer binnenrijdt.
Datzelfde doe je dan door nog een dubbelspoor te laten vertrekken naar links, maar dan naar beneden te laten afbuigen en via een dubbelsporig ovaal aan de rechterkant weer binnen te laten lopen.
Voila, geen enkele keerlus / kortsluiting meer!
Gerard
-
Sorry, kennelijk niet goed gekeken.
Gerard heeft gelijk er zitten dus wel 4 keerlussen in.
Gerrit
-
Dank voor de reacties.
Gerard:
Mijn bedoeling is om ga ik links het station uit dan kom ik links ook weer binnen.
Rechts is het hetzelfde rechts eruit, rechts erin.
Binnenkomend vanuit traject 11, deze komt van een schaduwstation.
Vertrekkend over 8 komt deze ook in een schaduwstation.
Beide gaan via dezelfde spiraal de een omhoog de ander naar beneden.
Daarnaast wil ik over spoor 4 zowel links als rechts binnenkomen alsmede vertrekken.
Ik zie echter geen vier keerlussen in mijn geval,kun je mij dit aan de hand van de tekening uitleggen.
Johan
-
Dag Johan,
Dat hoeft niet aan de hand van je tekening. Het geldt in elke situatie waar:
- je vanaf een spoor vertrekt (bijvoorbeeld naar links) en:
- je kunt zonder de trein van het spoor te halen weer vanaf dezelfde kant (links) op het spoor terugkomen in omgekeerde richting;
dan heb je een kortsluiting (keerlus) situatie te pakken.
Gerard
-
Johan,
Gerard heeft helemaal gelijk! Voor alle duidelijkheid toch maar een schetsje voor je gemaakt. Hierop zijn enkelsporige trajecten weergegeven. Jij rijdt dubbelspoor dus dubbel zoveel keerlussen (4 dus).
Als het niet duidelijk is dan lees ik dat wel.
De schets:
(https://images.beneluxspoor.net/bnls/BNL_Situatie_schets.jpg) (https://images.beneluxspoor.net/bnls/BNL_Situatie_schets.jpg)
Marius.
-
Gerard en Marius bedankt voor jullie reactie.
Marius wat betekent de K en J.
Ik begrijp uit jouw tekening dat op de plaats van de rode lijnen de keerleus moet komen.
Johan
-
Johan,
Sorry, ik ben een beetje Lenz gedeformeerd. Met J en K bedoel ik de twee polen van een digitale stroom. Bij Lenz worden die aan geduid met J en K. Je kunt dat een beetje vergelijken met de + en - bij een analoge baan.
En ja, de rode geven de keerlussen weer. Waar die fysiek op je baan moeten komen hangt een beetje van je fysieke situatie af.
Marius.
-
Hallo
Ik ben nu zover om het baanplan te gaan maken, maar toch is mij niet duidelijk waarom je binnen het station de k en j aan de zelfde kant zet.
Je geeft aan dat de k en j te vergelijken zijn met de + en -.
Ik ging er altijd vanuit dat de rechter railstaaf gezien de rijrichting de + is.
Dan nog een verdere vraag,
Ik werk met bezetmelders, moet ik deze dan in de k verwerken of in de j, want voor mijn verbeelding wordt er dan in tegengestelde richting gereden.
Johan
-
Ik ging er altijd vanuit dat de rechter railstaaf gezien de rijrichting de + is.
Dat is een "oude" gedachte.
Doe eens het volgende experiment:
- zet je loc voor je op de rails met de voorkant naar rechts;
- geef hem via je centrale de opdracht om vooruit te rijden en stop hem weer;
- zet je loc voor je op de rails met de voorkant naar links;
- geef hem via je centrale de opdracht om vooruit te rijden en stop hem weer;
De rijrichting van je loc is niet afhankelijk van de aansluitingen op de rails.
Welkom in het digitale tijdperk!
Gerard
-
Hoi Johan,
Als je in het station alles aan de zelfde kant aansluit krijg je geen kortsluitproblemen met overloopwissels als je van de ene kant van je station naar de andere kant wil.
Bij digitaal maakt het niet uit hoe je de J en de K aansluit, als je de loc opdracht geeft om vooruit te rijden gaat hij vooruit, of de J en de K nu rechts/links zijn aangesloten of links/rechts.
Bezet melders aansluiten maakt niets uit hoe je ze aansluit, als je ze maar altijd in de zelfde zet, dus altijd in de J of altijd in de K.
Vergeet alsjeblieft + en - daar raak je alleen maar in de war van.
Gr. Ed
-
Hallo Gerard en Ed,
Gerard je hebt helemaal gelijk, als je even goed nadenkt is dit logisch in het digitale tijdperk,
maar soms ........ blijf je nog op het oiude stramien zitten.
Ed ook bedankt voor je antwoord, vooral vwb de bezetmelders.
Mijn volgende vraag is:
als er een keerlus in je baan aanwezig is en je masakt gebruik van bezetmelders waar en moeten deze dan geplaatst worden, binnen de keerlus of er buiten??
In de encyclopedie komt dit niet zo naar vorten.
Johan
-
De hele keerlus (inclusief haar eigen bezetmelders) sluit je aan op de uithang van een bezetmelder die je ook al in je blok had zitten. Alle secties van je keerlus worden op die manier gedetecteerd.
Ik heb het zo aangesloten: zie deze voorbeeld-link (http://www.ldt-infocenter.com/page/pdf/page_838.pdf).
Gerard
-
Volgens mij hangt dat af van welke keerlusschakeling je gebruikt, bij de Xtreme keerlus van Rosoft/KDesign zitten drie bezetmelders ingebouwd die je op 3 ingangen van je bezetmelder aansluit.
Hoe andere keerlusschakelingen dat doen weet ik niet, geen ervaring mee.
Gr. Ed
-
Dat zou kunnen, maar dat is ook een nodeloos ingewikkeld ding. Daarom gebruik ik LDT, die heeft naast het LDT kastje (waar twee bezetmelders in zitten voor het functioneren van de keerlus) nog slechts één bezetmelder nodig EN is net als degene die jij noemt, kortsluitvrij. Bovendien heeft die LDT om te functioneren maar drie secties nodig, in tegenstelling tot vijf bij die andere.
Gerard
-
Hallo Gerard,
Heb een tekening bijgevoegd zoals ik denk dat ik moet aansluiten.
Ik wil de keerlusmodule van LDT gebruiken.
Daarnaast gebruik ik de terugmeld module van Huib Maaskant.
De aansluiting van de terugmeldmodule begrijp ik nog niet echt.
1 verbinding tussen LDT en terugm (A).
Hoor graag van je .
[https://images.beneluxspoor.net/bnls/IMG_3519_2.jpg
-
Hoi,
Het is eigenlijk niet anders dan met andere stukken rails die je wilt detecteren, daar sluit je ook maar een kant via de bezetmelder aan. Zo werkt het met die LDT ook.
- Als je hem zonder bezetmelder zou toepassen sluit je de bruine en de rode draad op de voedingskant van de LDT keerlusmodule aan.
- Als je hem - zoals jij wilt - wel via een bezetmelder wilt aansluiten, dan zet je deze bezetmelder in de rode leiding zoals aangegeven in het eerdere schema van LDT zelf.
PS: Het is erg belangrijk dat je precies de polariteit volgt die in dat schema is aangegeven, anders werkt de boel niet!
Laat maar even weten of het zo duidelijk genoeg is?
Gerard
-
Ik heb je tekening even vergeleken met het LDT schema en volgens mij ziet die er qua aansluitingen goed uit zover.
Je kunt je alleen afvragen of je voor het blok waarin je de keerlus inbouwt ook niet twee stopmelders wilt hebben in verband met het functioneren van je software. Afhankelijk van de software die je gebruikt, en of je in één of twee richtingen rijdt, heb je één, twee of drie secties in je blok nodig, waarbij je keerlus als hoofdsectie in zichzelf ook weer in drieën is verdeeld op de manier zoals je hebt getekend.
Ben ik nog duidelijk?
Gerard
-
Gerard,
Het is 1 rijrichting van blok 1 naar blok 3.
In blok 1 zitten 2 melders een inrij en een stop(getekend)
In blok 3 zit ook een inrijmelder( de getekende) en een stopmelder.
Het begint me nu te duizelen. Ik rijd met iTrain.
Binnen het keerlusblok wil ik ook een inrijmelder en een stopmelder.
Wat ik denk te begrijpen is dat door de aansluiting LDT met de terugmeldmodule er een bezetmelding gaat ontstaan.
Op A1 en A2 ?? Als dit niet zo is waar moet ik deze inrijmelder en stopmelder dan plaatsen.
Dit ivm het omdraaien van de rode draad.
Verder begrijp ik niet, en dat ligt aan mij, wat er gebeurd.
Ik zal proberen het duidelijk te maken.
Blok 2(keerlus) is gescheiden van blok 1 en blok 3.
Om even in oude termen te spreken waar stopmelder 1 is geplaatst is de rode draad.
Waar inrijmelder 2 is geplaatst is ook de rode draad.
A1 binnen schakelt dan de keerlusmodule dr rode draad om van de rechter railstaaf naar de linker?
-
Hoi,
Het is verwarrend in het begin. Dat komt omdat de woorden blok en sectie op twee niveaus worden gebruikt.
Zonder keerlus
Even de keerlus situatie wegdenken. Dan heeft jouw blok 2 een inrijmeldsectie en een stopmeldsectie. Ik neem aan dat de stopmeldsectie ongeveer ietsje langer is dan je langste loc. En verder neem ik aan dat je inrijmeldsectie de hele langste trein kan bevatten. In elk geval is de inrijmeldsectie de langste. Dat is de situatie zoals die zou zijn wanneer je geen keerlussituatie zou hebben.
Met keerlus
Nu introduceren we de keerlusmodule.
Je deelt je inrijmeldsectie op in drie delen (1, K en 2) zoals aangegeven in het LDT schema voor de keerlus. Die delen (1, K en 2) sluit je aan op de LDT. En de voedingsspanning van de LDT haal je, zoals eerder besproken, uit de bezetmelder van de inrijmeldsectie. Je gehele inrijmeldsectie (de som van de lengtes 1, K en 2) moet zo lang zijn dat je langste trein er in past om als keerlus goed te kunnen functioneren. De detectiedelen (1 en 2) moeten weer zo lang zijn dat je hele langste loc er in past.
Wordt het zo iets duidelijker?
Gerard
-
Hoi,
Gerard, vaak schiet me een glimlach rond de mond als ik je zoals vaker hier, bijna religieus, je eigen, voor jou vertrouwde en door jou begrepen oplossingen aanprijst. Wellicht dat dat iets met je beroeps achtergrond te maken heeft ;)
Maar...
...Dat zou kunnen, maar dat is ook een nodeloos ingewikkeld ding...
... dan zul je als verkondiger van het Woord je ook vast kunnen vinden in de herfrasering:
...Dat zou kunnen, maar dat is ook vind ik een nodeloos ingewikkeld ding...
;D
Beide ontwerpen gaan van een ander uitgangspunt uit. De Xtreme is ontworpen om naadloos in een systeem met de bezetmelders van b.v. Huib Maaskant en Wim Ros te kunnen samen werken. Ze heeft namelijk een identieke detectie methode ( diode bruggen met optokoppler ) die voor een feilloze detectie zorgt. Alle railstukken voeren permanent de volle baanspanning. Er zijn geen spanningsloze stukken. De schakeling is verder zo opgezet, dat een willekeurige treinbeweging van en naar het centrale deel altijd correcte poling tot gevolg heeft. Daarnaast is met de introductie vande Xtreme het aantal relais van 3 naar 1 gereduceerd voor verhoogde betrouwbaarheid en verlaagde kosten.
De LDT module werkt met 2 sensor stukken. Deze stukken staan weliswaar onder spanning, maar zodanig begrensd, dat pas bij het berijden door een stroomafnemend as-stel, het betreffende relais 'doorschakelt' waardoor er ook 'power' op de sensorrail komt te staan. Uiteraard houdt dit in, dat e.e.a. inderdaad precies zo aangesloten moet worden als op de schema's daar het anders niet werkt.
Een andere manier, een ander principe dus. Met voor mij 1 nadeel: het niet over permanente power op de sensorrails beschikken.
Verder heet de Xtreme inderdaad alle bezetmeld uitgangen aan boord voor een volledig blok, met inrij-/stopsecties en volledige blokdetectie op het middenstuk. Deze kunnen eenvoudig op de bezetmelders van Wim of Huib aangesloten worden.
Tot slot...
Je gehele inrijmeldsectie (de som van de lengtes 1, K en 2) moet zo lang zijn dat je langste trein er in past om als keerlus goed te kunnen functioneren. De detectiedelen (1 en 2) moeten weer zo lang zijn dat je hele langste loc er in past.
... dit lees ik in de handleiding toch echt anders:
Für die Sensorgleise ist eine Länge von 5 bis 20cm optimal.
Das Kehrschleifengleis, das über die Klemmen AK und BK
versorgt wird, muss mindestens so lang sein, wie der
längste Zug auf der Anlage
... snel vertaald: A) de A1/B1 en A2/B2 secties moeten minimaal 5 sm zijn en boven de 20cm heeft het geen zin meer ze langer te maken. B) de AK/BK sectie moet de langste trein op de baan kunnen bevatten.
Leuker en gemakkelijker kunnen we het niet maken helaas. ( of je moet een kortsluitversie gebruiken, die tegenwoordig ook al goed zijn en binnenkort nog beter ;) )
Grtzz,
Karst
-
Gerard, vaak schiet me een glimlach rond de mond als ik je zoals vaker hier, bijna religieus, je eigen, voor jou vertrouwde en door jou begrepen oplossingen aanprijst. Wellicht dat dat iets met je beroeps achtergrond te maken heeft ;)
Maar...
... dan zul je als verkondiger van het Woord je ook vast kunnen vinden in de herfrasering:
"...Dat zou kunnen, maar dat is ook vind ik een nodeloos ingewikkeld ding..."
;D
Je commentaar bracht ook een glimlach op mijn gezicht... ;)
Voor de rest: inderdaad zegt de handleiding dat secties 1 en 2 korter kunnen zijn dan ik aangaf. Dat krijg je ervan wanneer ik snel even uit mijn hoofd dingen probeer te herhalen... ;D
Bedankt Karst, voor je aanvullingen.
Gerard